Wat je NIET moet doen in Florence

Florence is een van die plaatsen waar je de beste momenten beleeft als je geen reisplan hebt. Natuurlijk, bezoek de grote bezienswaardigheden, maar geef jezelf ook de tijd om gewoon… te verdwalen. Struikel in een kleine trattoria. Een willekeurige kerk binnen te wandelen. Blijf hangen op de Ponte Santa Trinita en kijk hoe de Arno goud kleurt bij zonsondergang. Dat is de echte magie van Florence.

Wat je NIET moet doen in  Florence, lees je hieronder:

1. Verwacht niet alles te zien in één dag (of zelfs drie)

Florence is geen plaats met een “checklist”. Natuurlijk kun je in minder dan 24 uur door de Uffizi sprinten, naar Michelangelo’s David zwaaien en een espresso drinken, maar dan mis je het punt. Deze stad is bedoeld om van te genieten, niet om snel af te leggen. Als je plan zinnen bevat als “snel nog even naar de Duomo” of “de belangrijkste bezienswaardigheden bekijken voor de lunch”, doe het dan gewoon… niet.

2. Eet niet in de buurt van de Duomo (tenzij je graag te veel betaalt)

Die restaurants met het perfecte uitzicht op de kathedraal zien er charmant uit. Maar raad eens? Ze weten dat je een toerist bent en ze vragen je € 10 voor een zielig, levenloos broodje. Loop een paar straten verder en je vindt eten dat je euro’s echt waard is. Mijn regel? Als er buiten een man staat die je als een stewardess naar binnen zwaait, loop dan weg.

3. Raak het brood niet aan en verwacht geen olijfolie

In Florence wordt brood gewoon geserveerd – geen olijfolie, geen balsamico, geen boter. Het heet pane sciocco (ook wel ongezouten brood genoemd), en het is echt een ding hier in Florence. Doe gewoon mee en gebruik het brood om je pastasaus mee op te dippen als een plaatselijke bewoner.

4. Beklim de Duomo niet op slippers

Over beginnersfouten gesproken, laten we het eens hebben over het beklimmen van de koepel van Brunelleschi. Het zijn 463 smalle, kronkelende treden en er is geen lift aanwezig in de Duomo. Als je op teenslippers, plateausandalen of hakken loopt, zul je overal spijt van krijgen. Sneakers. Draag gewoon sneakers. Je voeten (en waardigheid) zullen je dankbaar zijn.

5. Bestel geen “Latte” en verwacht dan koffie

Dit zie je geregeld gebeuren in Italië. Een toerist bestelt zelfverzekerd een latte in een café en kijkt verbijsterd op als hij een glas gewone melk krijgt. In Italië betekent latte letterlijk melk. Als je wilt wat je je voorstelt (een koffie met melk), vraag dan om een caffè latte, of beter nog, probeer een cappuccino (alleen niet na 11 uur ’s ochtends, want hoort niet in Italië).

6. Ga niet zitten voor koffie tenzij je bereid bent extra te betalen

In Italië zijn er twee prijzen voor koffie: staand aan de bar (al banco) en zittend aan een tafel. Als je gaat zitten op een chique piazza, wordt je espresso van €1 op magische wijze €5, omdat je betaalt voor de ervaring. Wil je je als een echte Italiaan voelen? Bestel aan de bar, drink je espresso in drie slokjes en ga.

7. Ga niet uren in de rij staan bij de Uffizi (reserveer vooraf!)

De musea van Florence zijn legendarisch, maar de rijen ook. Niets verpest de opwinding van het zien van Botticelli’s Geboorte van Venus sneller dan twee uur in de rij staan onder de blakende Toscaanse zon. Boek je kaartjes online voordat je aankomt. Bonustip: Als je kunt, ga dan vroeg of laat op de dag. De drukte ’s middags zal je geduld (en je persoonlijke ruimte) op de proef stellen.

8. Verwacht geen diner voor 19.30 uur

Florentijnen dineren niet vroeg. Als je om 18.00 uur bij een restaurant aankomt en vraagt om een volledige maaltijd, krijg je een starende blik of te horen dat de keuken nog niet open is. Aperitivo (drankjes + hapjes) is je beste vriend als je honger hebt voordat het diner begint. En als je een zaak ziet die de hele dag spaghetti Bolognese serveert? Dat is geen echt Italiaans restaurant.

Plaats een reactie