Centraal op het schiereiland Manhattan ligt Central Park, het bekendste park van New York. Het park is bijna 3,5 vierkante kilometer groot en is het decor van een groot aantal films en televisieseries. Toen aan het begin van de 19de eeuw het inwoneraantal van New York in 30 jaar tijd verviervoudigde ontstond er een roep om een grote publieke open ruimte waar de bevolking kon ontsnappen aan de chaos en hectiek van de stad.
Hoewel Central Park heel natuurlijk aandoet is het hele park door mensenhanden aangelegd. Officieel werd het park in 1873 voltooid; de aanleg had nogal wat om handen. Zo moest er ruim 14.000 kubieke meter grond uit New Jersey komen, omdat de grond in Manhattan niet voedzaam genoeg was voor de grote verscheidenheid aan bomen die men er wilde planten. In totaal werden er meer dan 4 miljoen bomen, planten en struiken in Central Park geplant. Ironisch genoeg raakte Central Park vrij snel nadat het voltooid was al in verval. Het toenmalige politieke netwerk was maar weinig geïnteresseerd in het park. Gelukkig kwam hier verandering in toen LaGuardia in 1934 burgemeester van New York werd. Hij stelde een stadsplanoloog aan die binnen een jaar tijd niet alleen Central Park, maar ook andere parken in de stad op te schonen en te herstellen.
Vandaag de dag wordt Central Park door ruim 25 miljoen mensen per jaar bezocht die hier komen genieten van het uitgebreide netwerk aan wandelpaden. Naast de wandel- en fietspaden bevat Central Park meerdere ontworpen meren, een roeivijver, een dierenbegraafplaats, twee ijsschaatsbanen en open grasvelden die gebruikt worden als ligweide en waar verschillende sporten worden beoefend. Het park wordt omringd door een 10 kilometer lange weg die erg populair is bij joggers en inline-skaters. Central Park is niet alleen erg populair bij mensen, het is ook een veelbezochte rustplaats voor trekvogels, die op hun beurt weer veel vogelaars aantrekken.